Mixed Games: Seven Card Stud

Mixed Games worden steeds populairder in het poker. Vooral op de hoge stakes is er constant actie in de 8-Game, een mix van acht verschillende spellen. Naast het bekende Hold’em en Omaha komen tijdens de rotatie ook drie Stud-varianten aan bod. Maar hoe werkt Stud eigenlijk precies? In twee delen beschrijft forumlid Herman “mmwhops” van den Meerendonk wat Stud precies is en hoe de varianten gespeeld worden. Vandaag in het eerste deel: Seven Card Stud.

Seven Card Stud is een game die een berg concentratie vraagt om juist te spelen. Het valt daarom (zeker in het begin) af te raden om meerdere tafels tegelijk te spelen. Zoals de naam al doet vermoeden krijgt elke speler in dit spel zeven kaarten gedeeld, mits ze het einde van de hand halen. Iedere speler ontvangt twee “hole cards” en één “door card”. De hole cards worden face-down gedeeld en gaan pas bij showdown open. De door card wordt daarentegen aan elke speler face-up gedeeld en bevat waardevolle informatie voor onze eigen hand. Na de door card volgen nog drie open kaarten, waarbij de hand voor elke speler eindigt met een gesloten river.

Basisregels Seven Card Stud
Waar Hold’em werkt met een small en big blind, daar zijn de regels bij Stud wat anders. Allereerst post elke speler een ante, waarna de speler met de laagste door card de inzet moet beginnen. Deze heeft vervolgens de keus om een minimale inzet (“bring-in”) te doen of de hele bet te plaatsen (de “small bet”). De hoogte van de bring-in en de small bet staan vooraf vastgesteld bij cashgames en lopen in toernooivorm net als de blinds op. In vrijwel alle gevallen kiest de opener voor de kleine bring-in, waarna de volgende speler deze kan callen of de actie naar een small bet kan “completen”. Op de derde en vierde straat geldt vervolgens deze small bet als de inzet (het is een Limit-variant, waardoor de inzetlimieten vaststaan), terwijl op de vijfde, zesde en zevende straat de “big bet” gebruikt wordt. Deze is twee keer zo groot als de small bet.

Zoals gezegd dient de bring-in gedaan te worden door de speler met de laagste door card. Hiervoor telt de A als hoge kaart en geeft in het geval van gelijke kaarten de suit de doorslag. Als voorbeeld: er zijn tafel twee spelers met een twee als door card: speler A met en speler B met . In dit geval moet speler A de inzet starten omdat de lager is dan de . De volgorde van hoog naar laag is schoppen, harten, ruiten, klaveren. Bedenk goed dat de suits niet van belang zijn in handwaardes bij showdown, bijvoorbeeld bij een flush over flush situatie. De overige Stud varianten, Stud Hi/Lo en Razz, spelen op een gelijksoortige manier. De enige verschillen zitten hierbij in de handwaardes. Uitleg over deze twee varianten volgen in het tweede deel.

Prioriteiten bij Seven Card Stud
Belangrijk is om te beseffen dat bij Seven Card Stud, net als bij Hold’em, factoren als image, stacksizes, positie en betpatronen een belangrijke rol in de besluitvorming tijdens een hand spelen. Wat Stud echter uniek maakt, is dat er een aantal uitermate belangrijke aanvullende factoren zijn. Hieronder een kleine opsomming, waar nodig met aanvullende uitleg.

–    Inventariseer tijdens het delen alle door cards
–    Onthou je positie ten opzichte van de bring-in
–    Onthou de open kaarten die gemucked worden
–    Onthou van elke speler hoe vaak ze direct completen in plaats van de verplichte bring-in zetten

Het mooie van Stud is dat we, vanwege de vele open kaarten, een veel completere informatievoorziening hebben. We hebben aan een tafel van zes spelers, zonder ook maar één enkele inzetronde gehad te hebben, al acht kaarten gezien die later in de hand voor onze beslissing van belang kunnen zijn. Let daarom goed op hoeveel kaarten van elke suit dood zijn, let daarbij ook goed op de waarde van elke kaart en probeer deze te onthouden. Effectief moeten we dus zo goed mogelijk proberen om kaarten te tellen. Kaarten tellen van vijf tegenstanders is echter lastig, wanneer je ook nog eens de actie moet volgen en beslissingen moet maken kan dit al snel te veel worden.

Daarom moeten we prioriteiten gaan stellen en gaan kijken welke informatie relevant voor ons is. Allereerst moeten we de kaarten onthouden die gefold worden. Deze worden namelijk gesloten in de muck gegooid en kunnen dus niet meer ter info geraadpleegd worden. Vervolgens moeten we vaststellen welke info voor ons echt onmisbaar is. In een situatie waarin wij bijvoorbeeld een [ ] spelen (tussen haakjes staan de dichte hole cards, daarnaast de open door card), is het voor ons van belang om alle schoppen, Kx en Tx kaarten te inventariseren. Alle pair outs moeten uiteraard ook geteld worden. Deze zijn echter iets minder belangrijk omdat een 4-card straight en/of flushdraw veel meer equity heeft dan een single paired hand.  Het registreren van “dode outs” is niet alleen van belang voor onze eigen hand/draws, maar vertelt ons ook enorm veel over de equity van de meest voor de hand liggende draws van onze tegenstanders.

Positiebewustheid
Aangezien de positie niet door een button gemarkeerd wordt, is het tevens van belang om te onthouden wie de bring-in had. Zonder deze info zijn we namelijk niet vooraf bewust op welke spelers we positie hebben. Dit is niet alleen van belang bij het completen van de bring-in, maar voornamelijk bij beslissingen op latere straten. Naast het vaststellen van onze positie is het eveneens van belang te onthouden wat spelers doen als ze de bring-in moeten plaatsen. Deze info vertelt niet alleen heel veel over de kwaliteit van de speler, maar ook over de handsterkte van de desbetreffende speler. Een goede Stud-speler zal zijn besluit tot het plaatsen van een bring-in of een bet grotendeels bepalen op de info die hij verkrijgt uit de door cards, waarbij de twee dichte kaarten in zijn hand minder zwaar wegen in de beslissing. Hierdoor kun je in positie veel steals maken die puur en alleen gebaseerd zijn op je open liggende door card.

Neem bijvoorbeeld een 6-max game, waarin wij een hand met als door card spelen. De actie voor ons gaat: bring-in, fold, fold, fold, waarna de beurt aan ons is. De bring-in speelt altijd een lagere kaart dan wij. Op dit moment moeten we eigenlijk altijd completen om te proberen op die manier de bring-in en ante’s te stelen. De bring-in speelt de laagste kaart en zal vaker een zwakke hand hebben, waardoor completen vaak genoeg de blinds en antes oplevert om profitabel te zijn.

De waarde van draws
Dat het verkrijgen van informatie van essentieel belang is zal bij iedereen nu wel duidelijk zijn. Aangezien op de river een kleine 57% van onze hand face-up ligt, valt er in Stud veel lastiger te bluffen wanneer we geen beschikking hebben over een kletsnat board met blockers voor de draws van onze tegenstander. Speel je bijvoorbeeld een: [ ] , voel je dan absoluut vrij om ten alle tijden de zesde street en de river te bluffen. De intelligentie van Stud steekt hem echter niet in het bluffen, waardoor we rustig duizenden handen kunnen spelen met een 0% bluffrange zonder dat dit een noemenswaardige leak zal worden. Uiteindelijk vallen er ook in Stud genoeg spots te vinden waarin we winstgevend kunnen bluffen, maar eer je zover bent zal je die spots zelf moeten leren herkennen. Bovendien is dit artikel bedoeld om de basis uit te leggen.

Het wordt veel belangrijker om de equity van onze draws zo nauwkeurig mogelijk te bepalen, waarbij we tegelijkertijd goed moeten opletten hoe onze equity het doet tegen die van onze tegenstanders. Hierbij moeten we goed opletten dat we geen draws gaan chasen, die bij een hit dood zijn tegen de draw van onze tegenstander. Ter illustratie; wij spelen [ ] en moeten een reraise callen van een villian die [ ] speelt, dan hebben we hier een vrij easy fold. We kunnen namelijk alleen maar winnen als villains draw nog moet completen, en zelfs in dat geval moeten wij hitten en moet onze tegenstander missen om ons de pot te laten winnen. Kortom, op showdown gaan wij deze situatie met koning hoog niet winnen, terwijl we bij het hitten van een flush of straat op de river vaak slechts second best zijn bij showdown. Effectief doen we het tegen deze hand beter met een holding als [ ] , simpelweg vanwege het feit dat we bij een hit er nagenoeg zeker van kunnen zijn dat onze hand de beste is. Tevens kunnen we met two pair een showdown aangaan wanneer onze tegenstander aan het bluffen is. Ongeacht het feit dat we maximaal “maar” zes outs hebben, kunnen we er wel vanuit gaan dat we bij een hit de winnaar vast hebben. Effectief zijn deze zes outs dus veel meer waard dan de pakweg vijftien outs die we in het eerste voorbeeld hadden.

Vaststellen van draws en hun speelbaarheid
Stel, we hebben een single suited starthand als [ ] , waarbij we geen directe straightdraws hebben. In dit geval gaan we, de door cards van onze tegenstanders af te gaan, kijken hoeveel harten kaarten er uit het spel zijn. Als richtlijn kun je bij een volle tafel van zes spelers aanhouden dat je flush dood is bij twee of meer harten door cards (exclusief onze eigen door card). Hitten we op de vierde straat gelijk onze vierde harten, dan gaan we onze draw pas als dood beschouwen vanaf vier Harten kaarten in de handen van al onze tegenstanders. Mocht je naast de flushdraw nog een straightdraw hebben, of tel je enorm veel blockers voor de draw van je tegenstander, dan kan dit van invloed zijn op hoe we de hand spelen. De voorkeur gaat er naar uit om zelf een een combodraw te spelen, in plaats van het inspelen op blockers voor de draws van onze tegenstanders.

Uiteraard is het van cruciaal belang dat men bij een non-nutflushdraw behoedzaam is voor tegenstanders met een nutflushdraw om voor zichzelf sprekende redenen. Bij een connected starthand als [ ] kunnen we onze straightdraw dood verklaren bij twee of meer 8x en/of Qx door cards. Hierbij ga ik wederom uit van een volle tafel. Mochten er drie of meer 7x en/of Kx door cards liggen dan kunnen we onze draw ook begraven, zelfs als hierbij geen 8x en/of Qx exposed is. In het geval dat van al onze straight outs (7x/8x/Qx/Kx) er zich drie of meer onder de door cards bevinden, is onze draw ook nagenoeg waardeloos. Ook hierbij geldt uiteraard dat we in het geval van tegenstanders met dominerende 3 of 4-card straightdraws onze draw ongeacht de hoeveelheid “live outs” direct dienen op te geven. Het is zeker bij onervaren Stud-spelers een veel gemaakte fout om marginale draws te chasen, vaak omdat spelers zich erin praten onder het mom van “het is toch maar één bet erbij.”

Handselectie
Voordat je met Stud aan de slag gaat, is het handig een indicatie van de verschillende starthanden te hebben. Onderstaand overzicht geeft de verschillende starthandcategorieën weer.

**********************

Three of a kind, ofwel “Rolled Up” – [ ]
Dit zijn de Pocket Azen van Stud en vormen daarmee de allerbeste starthand. Wanneer je Rolled Up start heb je ~40% kans om op de river tot een full house te completen.

Buried pairs, ofwel Hole pairs – [ ]
Dit zijn de verborgen paren en vormen een sterke starthand. De extra sterkte zit hem vooral in de deceptiewaarde, waardoor eventuele setjes op latere straten beter verborgen blijven. De waarde van buried pairs neemt toe wanneer we een (semi) connecting door card hebben, zoals bijvoorbeeld een bij in de hole.

Split pairs – [ ]
Hoewel split pairs niet zo sterk zijn als buried pairs zijn de hoge paren nog steeds goede starthanden. In deze range completen/raisen we JJ of beter. Let op hogere door cards achter je, goede spelers zullen vaak de druk op jouw door card opvoeren. Lagere split pairs zijn vaak alleen interessant als de derde kaart connect.

Single suited (semi) connectors – [ ]
De waarde van deze hand hangt van de open kaarten van de andere spelers af. Wanneer zich minder dan twee outs bij de door cards van je tegenstanders bevinden is dit een hand met enorm veel potentie. 

Single suited non-connecting – [ ]
Zolang we beginnen met een koning hoge flushdraw, is dit een hand die we graag in late positie (ten opzichte van de bring-in) willen spelen. In vroege positie zal dit zich tot de nutflush beperken.

Rainbow connectors – [ ]
Zonder dode outs onder de door cards van onze tegenstanders zullen we deze rainbow connectors in late positie vanaf boer hoog willen spelen. In vroege positie wordt dit al vrij snel een vrij waardeloze holding en kun je je range beperken tot koning en aas hoog.

**********************

Handen die niet in bovenstaande context staan beschreven zijn het spelen niet echt waard. Zij kunnen eigenlijk alleen gebruikt worden als steal of wanneer de pot-odds enorm gunstig zijn. Net als bij Hold’em geldt ook bij Stud de tip “Tight is right”, een belangrijk devies voor beginnende Stud-spelers. Naarmate je ervaring echter groeit en je je starthandselectie opent wordt het een enorm spannende game die aardige swings met zich mee kan brengen.

In het tweede deel lees je over de twee andere Stud-varianten die gespeeld worden: Seven Card Stud High/Low (Eight or better) en Seven Card Razz (Stud Low). Mocht je na het lezen van dit artikel zin hebben om Seven Card Stud eens uit te proberen: veel succes!

Lars Smeets
Lars Smeets a.k.a. 'LarsVegas' uit Valkenburg is sinds 2012 aan PokerCity verbonden. Sinds 2017 is hij eigenaar, samen met Pieter 'PrinsFlip' Salet.

13 Comments

  1. Netjes 😀 begin die variant wel regelmatig te spelen
    net zo als 2-7tripple draw!

  2. Prachtig artikel mmwhops, denk dat mensen dit later nog veel gaan raadplegen.

  3. Nooit geweten dat Herman ook nog wat nuttigs had te melden! mijn complimenten!

  4. op PS mag je een dubbele bet doen als er een pair op de board ligt. is dat altijd zo?

  5. op PS mag je een dubbele bet doen als er een pair op de board ligt. is dat altijd zo?

  6. 2x zelfde vraag? Antwoord staat er onder 😉

    Goed geschreven stuk leest lekker 🙂 complimenten

Reacties zijn gesloten bij dit onderwerp.