College van Toezicht op de kansspelen doet onderzoek naar de speelautomatenhallen

Het Nederlandse college van Toezicht op de kansspelen heeft een onderzoek laten uitvoeren naar de ontwikkeling van de speelautomatenhallen in Nederland de laatste jaren. Het college van toezicht houdt toezicht op de vergunninghouders van de landelijke kansspelen zoals Holland Casino, de Lotto, de Staatsloterij, etc. Het feit dat de speelautomatenhallen niet onder hun toezicht valt en in handen is van private ondernemingen is dit ambtelijke apparaat al jaren een doorn in het oog. Het College is feitelijk  meer een belangenbehartiger van de landelijk opererende monopolisten dan een onafhankelijk toezichthouder.

De professionalisering van de private speelautomatenbranche in de laatste jaren heeft het College dan ook met argusogen gade geslagen.

Het onderzoek dat het College heeft laten uitvoeren komt tot een aantal conclusies:

In de speelautomatenhallen heeft een belangrijke schaalvergroting plaats gevonden. Er is sprake van upgrading en professionalisering. De speelautomatenhallen zijn moderner en groter geworden. Bij een nagenoeg gelijkblijvend aantal speelautomatenhallen is het aantal spelersplaatsen tussen 2001 en 2008 met ongeveer 40% toegenomen. De introductie van meerspelers in 2000 heeft hier in belangrijke mate aan bijgedragen. Meerspelers zijn speelautomaten waarbij meerdere spelers tegelijkertijd aan een automatenspel (veelal een casinoachtig spel) deelnemen. Hoewel er meerdere spelersplaatsen zijn, wordt dit soort automaten in de praktijk veelal slechts voor één automaat geteld. Bij een gelijkblijvend aantal automaten vindt hiermee een schaalvergroting van de hallen plaats. Het geheel heeft ertoe geleid dat de afgelopen jaren de speelautomatenhallen groter en moderner zijn geworden.

Het aantal speelautomatenhallen is in de laatste 10 tot 15 jaar nagenoeg gelijk gebleven; in 2008 waren dat er 269. Deze hallen worden echter door steeds minder exploitanten gerund. In 2006 zijn er 64 exploitanten terwijl dat er in 2001 nog 114 waren. Er zijn 3 grote exploitanten die gezamenlijk 40% van de hallen bezitten. Tussen 2001 en 2008 is het gemiddeld aantal speelautomaten per hal gestegen van 47 naar 56, oftewel zo’n 20% en steeg het gemiddeld aantal spelersplaatsen in die periode van 57 naar 80, oftewel zo’n 40 %.

Bij de speelautomaten zijn het de gemeentes die belast zijn met het toezicht en dat steekt deze landelijke toezichthouder.( Niet gek dus dat het onderzoek concludeert dat de gemeentes na afgifte van de vergunning nog maar weinig aandacht voor kansspelverslavingsrisico’s hebben red.). Slechts 23% van de gemeenten heeft een actief preventiebeleid met betrekking tot kansspelverslaving. Het onderzoek had als doel de ontwikkeling van de speelautomatenhallen in de afgelopen jaren en de betrokkenheid van de gemeenten als vergunningverlener en toezichthouder in kaart te brengen.

Ook werd gekeken naar de recente ontwikkelingen op dit terrein, zoals het rookverbod per 1 juli 2008 en de invoering per dezelfde datum van kansspelbelasting voor speelautomaten in plaats van BTW, alsmede de gevolgen van de financiële crisis. Voor het onderzoek is een inventarisatie gehouden van de kwantitatieve gegevens van de speelautomatenhallen branche, is een enquête onder Nederlandse gemeenten gehouden en zijn verkennende en verdiepende interviews gehouden met gemeenten en exploitanten.

Gegevens inzake de bruto spelopbrengst van de speelautomatenbranche over de laatste paar jaren zijn volgens de onderzoekers slechts gefragmenteerd beschikbaar.( Dat is op zich vreemd, want de speelautomaten branchevereniging VAN laat al enkele jaren KPMG deze gegevens verzamelen red.).

Als vermoedelijk gevolg van het rookverbod is een teruggang in de bruto spelopbrengst te zien voor de totale speelautomatenbranche tot 641 miljoen euro over de periode juli 2008 t/m juni 2009 ten opzichte van 757 miljoen euro in het jaar 2006. De onderzoekers concluderen dat de financiële crisis in tegenstelling tot Holland casino geen invloed lijkt te hebben gehad op de bruto spelopbrengst van de totale speelautomatenbranche; vanaf juli 2008 is er noch sprake van verdere terugval noch van herstel. (Een conclusie die branchekenners de wenkbrauwen heeft doen fronzen, red.).

Gemeenten met een speelautomatenhal geven aan geen of weinig problemen van kansspelverslaving te ondervinden. Gemeenten laten het preventiebeleid kansspelverslaving doorgaans dan ook over aan de plaatselijke verslavingszorg en/of de exploitanten van de speelautomatenhallen. Slechts 23% van de gemeenten voert een actief preventiebeleid kansspelverslaving. Naast het wettelijk voorgeschreven bewijsstuk deskundigheid kansspelverslavingsproblematiek, voeren exploitanten veelal een KEMA-keurmerk en bieden zij spelers de mogelijkheid zichzelf (tijdelijk) een toegangsverbod op te leggen. De onderzoekers concluderen in dit verband dat er wettelijk weinig is vastgelegd over de gemeentelijke verantwoordelijkheden op het gebied van de preventiemaatregelen. Hoewel geinterviewde gemeenten en exploitanten aangeven dat het gevoerde beleid effectief is, ontbreekt het aan kwantitatieve gegevens hierover.

Opheffing College van Toezicht

Het college wordt volgend jaar opgeheven en vervangen door een nieuwe toezichthouder de zogenaamde Kansspelautoriteit, Deze autoriteit krijgt veel verder gaande bevoegdheden. Het kan vergunningen intrekken en boetes opleggen. Ook de speelautomatenhallen en het internet aanbod gaan onder de Kansspelautoriteit vallen.

Het College ziet in de uitkomsten een bevestiging van zijn eerder gegeven opvatting dat automatenhallen en casino’s steeds dichter tot elkaar komen en dat met de introductie van de meerspelers in Nederland feitelijk een kleine 300 mini casino’s zijn ontstaan. Dit terwijl de aandacht voor kansspelverslavingsproblematiek door de gemeenten in de praktijk slechts beperkt wordt ingevuld. Het College stelt op basis van dit onderzoek vast dat op gemeentelijk niveau de exploitanten kennelijk een grotere verantwoordelijkheid nemen dan de gemeenten ten aanzien van het preventiebeleid kansspelverslaving ( Dat is een onverwachte pluim red.). Het College is dan ook verheugd dat de nieuw in te stellen toezichthouder op het terrein van de kansspelen – de Kansspelautoriteit – ook op het terrein van de speelautomaten toezicht zal uitoefenen en bovendien dat door de Minister van Justitie een sluitend systeem van bezoekbeperkingen en entreeverboden in het vooruitzicht is gesteld, zoals dat nu ook voor Holland Casino geldt ( dat dan weer wel red.). Het College blijft het echter onevenwichtig vinden dat het restrictieve overheidsbeleid inzake kansspelen slechts beperkt tot uitdrukking komt omdat de vestiging van speelautomatenhallen een gemeentelijke aangelegenheid is.

Hier komt dan de al langer levende kritiek van het College naar boven. Het College is het een doorn in het oog dat Holland Casino feitelijk qua vestigingen geen kant op kan omdat zij via de landelijke vergunningverstrekker ( het Ministerie van Justitie) geen uitbreiding kan bewerkstelligen vanwege Europese wetgeving. De private speelautomatenhallen kunnen dit via de gemeentes veel eenvoudiger. Het getouwtrek tussen de private ondernemers en de landelijke aanbieders met hun lobby instrumenten is eigenlijk dan ook nog maar net begonnen. Zeker met de strijd om de internetkansspelen nog in het vooruitzicht zal de komende jaren een hevige strijd gaan ontbranden, waarbij de traditionele aanbieders hun huid nog duur zullen gaan verkopen.

Pieter Salet
Pieter Salet a.k.a. 'PrinsFlip' uit Nijmegen is sinds 2009 aan PokerCity verbonden. Sinds 2017 is hij eigenaar, samen met Lars 'LarsVegas' Smeets.

8 Comments

  1. Het feit dat de speelautomatenhallen niet onder hun toezicht valt en in handen is van private ondernemingen is dit ambtelijke apparaat al jaren een doorn in het oog.
    Volgens mij hadden ze net zo goed kunnen schrijven dat de regering er stevig van baalt dat ze niet de gehele goksector in handen heeft!!!!! Hier wordt je als gokker/speler tenminste nog gewaardeerd en is het drinken (ze mogen geen alcohol schenken) en eten gewoon GRATIS!!!

  2. Het feit dat de speelautomatenhallen niet onder hun toezicht valt en in handen is van private ondernemingen is dit ambtelijke apparaat al jaren een doorn in het oog.
    Volgens mij hadden ze net zo goed kunnen schrijven dat de regering er stevig van baalt dat ze niet de gehele goksector in handen heeft!!!!! Hier wordt je als gokker/speler tenminste nog gewaardeerd en is het drinken (ze mogen geen alcohol schenken) en eten gewoon GRATIS!!!

  3. Hollandcasino wordt gewoon uit de markt gedrukt.
    Er zijn landelijk 35 speelhallen die meer omzet genereren dan een HC-Groningen, Venlo of Zandvoort!!
    Notie voor speelhalexploitanten: kijk uit voor de steeds dieper indringende heersende linkse politiek.

  4. Hollandcasino wordt gewoon uit de markt gedrukt.
    Er zijn landelijk 35 speelhallen die meer omzet genereren dan een HC-Groningen, Venlo of Zandvoort!!
    Notie voor speelhalexploitanten: kijk uit voor de steeds dieper indringende heersende linkse politiek.

  5. Jellinek, qua omzet verwacht ik niet dat er 1 speelhal is die meer omzet dan enig Holland Casino. De minste HC doen nog wel 20/30 mln omzet. Misschien dat 1/ 2 speelhallen in de buurt van de 10 mln komen.

  6. Jellinek, qua omzet verwacht ik niet dat er 1 speelhal is die meer omzet dan enig Holland Casino. De minste HC doen nog wel 20/30 mln omzet. Misschien dat 1/ 2 speelhallen in de buurt van de 10 mln komen.

  7. De 10 grootste steden van Nederland hebben elk 2-3 speelhallen die met gemak een HC-Zandvoort bijhouden.
    Wat versta je onder omzet bij een casino?

  8. De 10 grootste steden van Nederland hebben elk 2-3 speelhallen die met gemak een HC-Zandvoort bijhouden.
    Wat versta je onder omzet bij een casino?

Reacties zijn gesloten bij dit onderwerp.